De Strikkenhof ook bekend onder de naam Ter beetenhof ligt op de weg van Haelen naar Nunhem. De geschiedenis gaat terug tot in de Middeleeuwen.
Het was toen een leengoed van de graven van Horn. De graven of heren van Horn leende of verpachtte het aan iemand die dan leen of pacht aan de heren van Horn verschuldigd was.
In de 15 de eeuw kwam het in handen van Arnold van Ghoor heer van het kasteel Aldenghoor. Of er ooit iets van een kasteel of burcht gestaan heeft wordt betwijfeld. Restanten van kasteelfunderingen zijn nooit gevonden, de hoeve heeft wel een gracht gehad. Buiten het huidige gebied zijn bij onderzoek nog resten van mergelmuren gevonden.
In de Middeleeuwen schijnen er wel een aantal adellijke eigenaars op Ter Beeten gewoond te hebben die op grond van hun “adellijkheid” recht meenden te hebben op belastingvrijdom. Mogelijk dat het achthoekig torentje dat er nu nog staat een teken geweest is om die adellijkheid te benadrukken. Overigens was het leengoed in het verleden geheel ommuurd en stond op iedere hoek van de muur een torentje. Het torentje dat er nu nog staat is uit baksteen van de oude muur opgetrokken en gebouwd in de 18de eeuw voor zover men heeft kunnen nagaan.
Tegenwoordig bestaat de bebouwing uit een gesloten hoeve waar een boerenbedrijf wordt uitgeoefend en waarin een aantal woningen gevestigd zijn.
Op zg. Tranchotkaarten uit 1807 is Ter Beeten of Strikkenhof ingetekend. Er zijn twee parallel geplaatste gebouwen te zien, een noordelijke vleugel, aan de Nunhemse kant, en een zuidelijke vleugel, aan de Haelense kant. De andere vleugels zijn van latere datum naar men aanneemt begin negentiende eeuw.
Eind 1971 werd een gedeelte van deze prachtige hof door brand sterk aangetast. Het ankerjaartal geeft 18…. (1802) aan. In de Maas en Roerbode van 2 december 1971 stond te lezen:
“Een felle uitslaande brand, die gistermorgen vroeg uitbrak in de monumentale boerenhoeve “Strikkenhof” op de grens van Nunhem en Haelen heeft een schade van ruim een ton veroorzaakt.
Behalve zestig varkens en een rund werden drie tractoren, vijftien ton stro en hooi evenals diverse andere landbouwwerktuigen een prooi van de vlammen De linker vleugel van de uit de 18de eeuw stammende hoeve, die gebouwd werd als een leengoed van de graven van Horn brandde bijna geheel uit. Gisteren was nog geen zekerheid te krijgen of de grote schuur die een wezenlijk onderdeel is van het onder vallende boerderij herbouwd zal worden”.
Eeuwen geleden stond het goed in nauwe relatie tot de machtige Heren van Ghoor. Men meent te weten, dat een zekere Arnold van Ghoor de oudst bekende eigenaar was. Het leengoed kwam aan zijn dochter Gertruda, die in 1514 met Dirk van den Boetselaer trouwde. 115 jaar later kocht kleinzoon Dirk van den Boetselaer de hoeve aan Ridder Francois de Mauleon.
Tot dan toe liep de historie van Ter Beeten parallel met die van Aldenghoor. Meer bijzonderheden over Ter Beeten vinden we dan in de l8de eeuw. De prins – bisschop van Luik, als graaf van Horn, stond op 4 november 1734 aan de douairière d’Arberg de Valengin toe om te beschikken over de hoeve Terbeeten te Nunhem. Alexandrine von Furstenberg werd erfgename in 1738, opgevolgd in 1754 door haar broer Clemens. Weigering van belastingbetaling leidde ertoe, dat het Nederlands Gouvernement het goed in 1819 liet verkopen. Achtereenvolgens zijn eigenaars geweest : van Mulbracht, Beerenbroeck en van der Kun. Er moest ook belasting betaald worden aan de kerk van Nunhem. Het z.g. tiendenrecht berustte bij de Nunhemse kerk. Die kreeg 10% van de opbrengst van de oogst en 10% van de opbrengst van de bijen. De koster kreeg 10% van de opbrengst van de biggen.
De Ter Beetenweg, de weg vanaf de Napoleonweg naar de
boerderij, was vroeger een laan. Op een kaartje uit 1850 staan de bomen langs de weg ingetekend. Voor de oorlog kocht de heer W. Mols de hoeve en voert er een landbouwbedrijf / loonwerkerbedrijf. In de hoeve wonen tot 2016 verschillende gezinnen.
Nunhem is tot 1942 een zelfstandige gemeente geweest, weliswaar de kleinste van Nederland zonder gemeentewapen en gemeentevlag. De gemeente Haelen heeft al die tijd geprobeerd Nunhem in te lijven omdat Nunhem financieel gezond was en Haelen niet,
De eerste burgemeester was de heer Schreurs die zijn ambt hoogstwaarschijnlijk tot 1835 uitoefende omdat de stukken dat vermelden toen burgemeester Waegemans werd benoemd.
De gemeenteraad vergaderde in hoeve Ter Beeten of de Strikkenhof. Op de zolder was het gemeentearchief
ondergebracht. Bij de brand ging een groot gedeelte verloren.
In 1942 zorgde de bezetter er voor dat Haelen, Buggenum en Nunhem werden samengevoegd en was het met de zelfstandigheid van Nunhem gedaan.
Bij het samenstellen van deze tekst is gebruik gemaakt van teksten uit Rondom het Leudal, een periodiek van de Studiegroep Leudal e.o.
Geef een reactie